1


LIEFDE


Ik hield heel veel van haar.
En zij van mij.
Als we ergens geen van beiden aan hoefden te twijfelen, dan was dat dit wel.

Eigenlijk was dat ook wel duidelijk vanaf de eerste ontmoeting. De eerste keer dat ik haar zag, was nu niet bepaald een romantische aangelegenheid. Zij had zich aan mij voorgesteld. Op haar uitnodiging was ik vervolgens op de heerlijke verstelbare stoel gaan liggen. Ook toen zij zich over mij heenboog, lag ik toch nog zeer gespannen. Vervolgens ging ze met de nodige haken en boren mijn gebit te lijf.

Zo liggend met mijn mond open was het enige wat ik kon zien haar gezicht. Ik vond haar mooi. Toch vond ik op dat moment vooral leuk dat zij zo'n grote bril droeg. Via de weerkaatsing van haar brilleglazen kon ik bijna precies zien wat zij in mijn mond aan het doen was. De behandeling duurde gelukkig niet lang. En echt, je bent heus niet in een romantische stemming na een tandartsbehandeling. Maar toen ik de deur uitging had ik wel met haar afgesproken op een nabijgelegen terras na haar werk.

Vanaf die eerste keer was het meteen raak.
Voor beiden van ons.

De eerste week belden we elkaar dagelijks. En zagen elkaar dagelijks. Na een week beseften we beiden dat we eigenlijk nu al waren gaan samenwonen. En dat we dat zo wilden houden. We schrokken er beiden van. Dit was toch veel te snel? Dit kon toch niet goed gaan? Maar na een maand woonde ze definitief bij mij. Het was geen oprisping. We bleven verliefd. Ook toen we al meer dan een jaar samen leefden. Natuurlijk waren er verschillen. Ik wilde haar hart. En zij gaf het volledig. Zij wilde vooral mijn geest. Maar hoe ik ook wilde, dat kon ik haar niet geven. Mijn hart wel. Dat was geheel voor haar. Maar mijn geest bleef zijn eigen gang gaan. Mijn gedachten kon ik uitspreken, maar dat werkte niet. Mijn geest bleef zijn eigen weg gaan. Los van haar.
Dat stoorde haar.