1


Mitt'n mommy, there's an aeroplane up in the sky....

Pink Floyd, The Wall


Het was een herfstige namiddag in de stad; de winkelende massa begon al uit te dunnen en de cafees zaten vol met vermoeide dames met grote plastic zakken vol spiksplinternieuwe overbodigheden. Dat was nou minder geslaagd, want nu konden wij er niet meer gaan zitten, met al onze plastic zakken; vooral mijn moeder had zich weer helemaal laten gaan, en bezweek bijkans onder de zware last, zodat ik mij genoodzaakt voelde een deel van haar tassen over te nemen. Mijn oma had als gewoonlijk alles met een zuinig mondje bekeken en bevoeld zonder iets te kopen en daar had ze, als gewoonlijk, nu spijt van; ze dreinsde dat ze toch dat ene truitje had moeten kopen en of we niet nog even terug konden gaan? Wij waren haar gezeur inmiddels meer dan zat en waren onverbiddelijk: nee, we gaan NU ergens koffie drinken en daarna naar huis; wetend dat als we inderdaad teruggingen, ze het alsnog niet zou kopen omdat het toch anders was dan ze zich herinnerde, zo ging het altijd.

We waren al kiftend bijna bij de Dam gekomen toen ik het geluid hoorde; een hele lage zoemende toon, alsof er een enorme bromvlieg rond de lamp cirkelde en er af en toe tegenaan vloog; dan haperde het geluid even. Ik begon om me heen te kijken waar die kelereherrie in vredesnaam vandaan kwam, maar ik zag niks. Het geluid werd steeds harder, tot een werkelijk ondraaglijk niveau. Iedereen op straat stond nu stil met de tassen tegen de benen geleund en de handen tegen de oren gedrukt. Wat was dit? Het antwoord kwam letterlijk uit de hemel. Voor mijn ogen boorde een royaal formaat vliegtuig zich in de gevel van Peek en Cloppenburg en viel toen met een onvoorstelbare dreun midden op de Dam.

De stilte was ineens verbijsterend. Wat ik zag ook; er waren mensen verpletterd, ik zag plotseling brokken mens, overal lag bloed en nu begonnen allerlei mensen te schreeuwen. Ik moest hier weg, er zou zeker een explosie komen, eigenlijk zou dat elk moment kunnen gebeuren. Ik trok aan mijn oma en moeder, dat ze mee moesten, nu, maar mijn oma viel en